Ingediend op juni 28th, 2005 door bartcaron
Vraag om uitleg van de heer Bart Caron tot mevrouw Inge Vervotte, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over de verlenging van de financiering voor de palliatieve dagcentra
De heer Bart Caron: Op 20 juni verscheen een artikel in De Standaard met de titel: ‘Voorlopig lijken de palliatieve dagcentra gered.’ Het is net een vervolgverhaal op uw vorige vraag. De federale minister van Volksgezondheid Demotte heeft beslist om de financiering ervan tot eind dit jaar te verlengen.
Zoals u weet, vangen palliatieve dagcentra patiënten op zonder in een typische ziekenhuisomgeving te zitten. Er zijn er een achttal in Vlaanderen. De patiënten zijn bij wijze van spreken niet ziek genoeg om in een ziekenhuis te verblijven, maar te ziek om thuis te blijven.
Mevrouw de minister, u bent er altijd voorstander van geweest om de dagcentra te behouden. Aan Franstalige zijde is de vraag van palliatieve patiënten naar dagcentra minder groot omdat ze daar overwegend in ziekenhuizen worden opgevangen. In Vlaanderen is dat veel minder het geval. Vandaar dat er bij ons dagcentra zijn. Ze werden een tijdlang bij wijze van experiment federaal ondersteund. Volgens minister Demotte is het experiment niet helemaal geslaagd omdat de bezettingsgraad niet voldoende hoog zou zijn.
De discussie over de bezettingsgraad is hier al aan bod gekomen. De dagcentra leggen de schuld daarvoor bij de terughoudendheid van de ziekenhuizen en de artsen. Volgens minister Demotte moeten de gemeenschappen de dagcentra maar overnemen als ze deze willen behouden. Eventueel kunnen ze opgaan in RVT’s.
Mevrouw de minister, u hebt via de krant laten weten dat u de palliatieve dagcentra apart wilt houden, en niet wilt onderbrengen bij de rust- en verzorgingstehuizen. Dat standpunt kan ik volmondig steunen.
Als Noord en Zuid andere visies hebben over palliatieve zorg, is het misschien beter dat we de uitwerking van die dienstverlening overlaten aan de gemeenschappen. Dat kan natuurlijk niet zonder dat de middelen daarvoor worden overgeheveld. Heel veel experimenten van minister Demotte situeren zich binnen de preventieve of geestelijke gezondheidszorg, op het snijpunt van de bevoegdheden van de gemeenschappen en de federale overheid.
Mevrouw de minister,graag antwoord op volgende vragen:
– Klopt het dat de financiering voor de dagcentra werd verlengd tot 31 december 2005?
– Bent u van plan om, in overleg met federaal minister Demotte, na te gaan of het mogelijk is de bevoegdheid over te hevelen naar de gemeenschappen?
– Bent u van mening dat de federale middelen hiervoor naar Vlaanderen moeten komen?
– Werd al een aanzet voor de overheveling besproken?
Minister Inge Vervotte: Er was eerst een negatieve evaluatie van de dagcentra door minister Demotte, die het had over de onderbezetting. Eerst zou hij de subsidiëring stoppen op 30 juni 2005. We vonden het altijd belangrijk dat de in Vlaanderen ontstane initiatieven niet zomaar verloren zouden gaan. Het gaat hier om dezelfde problematiek als bij de psychiatrische dagactiviteitencentra.
Er heeft recent een interministeriële conferentie plaatsgevonden, waar we dat punt ter bespreking hebben voorgelegd. De federale regering is bereid de financiering van de dagcentra voort te zetten tot eind 2005. Ondertussen kijken we hoe we een alternatief palliatief zorgaanbod kunnen opzetten.
Mijnheer Caron, er zijn inderdaad palliatieve zorgen die in een RVT worden gegeven. Er is dagverzorging, nachtverzorging en kortverblijf, maar er is een onderscheid tussen RVT en niet-RVT. Voor het RVT-gedeelte bekijken we of het kan worden opgenomen binnen de RVT-herstructurering. Voor de situaties waar mensen normaal niet zouden terechtkomen in een rust- en verzorgingstehuis, is een werkgroep opgestart met de federale regering. We willen nagaan wat de visies zijn op de palliatieve zorg. In de werkgroep zal worden besproken of een herstructurering van acute bedden naar Sp-palliatief mogelijk is.
Wat anders zou terechtkomen in een RVT, zal worden bekeken in RVT-equivalenten. Alles wat niet bij de RVT’s zou komen, moet worden bekeken in de werkgroep. Wij vragen dus ook de mogelijkheid om bedden om te zetten. Dat heeft te maken met omkadering, waardoor het haalbaar en realistisch wordt.
Het evaluatierapport van de commissie Justitie van de Senaat heb ik niet officieel ontvangen. We hebben het wel bekeken. Met de Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen gaan we na waar verbeteringen kunnen worden doorgevoerd. Het is geen officieel document, maar vanuit nieuwsgierigheid – want het werd vernoemd in de commissie – hebben we gekeken of er elementen zijn waaruit we iets kunnen leren.
Volksgezondheid was niet betrokken bij de cel palliatieve zorg. Nu er een werkgroep is opgestart, zal er wel overleg zijn in het kader van de visie en de eventuele herstructurering van bedden.
Ingediend onder
in de commissies Reacties uitgeschakeld voor Financiering voor de palliatieve dagcentra